Inhoudsopgave

Onderbouw

Afval
Spelenderwijs leren leerlingen over afval. Wat gooien wij allemaal weg? Hoe scheid je afval goed? En hoe verteert natuurlijk afval? Ook de bodemdieren komen aan de orde. Centraal staat het verhaal van Pieter de Pier, een regenworm.

Horen
Hoe kun je horen? Op een speelse manier maken leerlingen kennis met dit zintuig. Zij leren aan de hand van een puzzel uit welke onderdelen het oor bestaat. Welke dieren hebben bijzondere oren? En hoe klinken verschillende instrumenten? Luister naar elkaar via de trechtertelefoon of speel bijvoorbeeld geluidenmemory.

Je lichaam
Deze leskist gaat over bewegen, je buiten- en je binnenkant, je vel en de vellen of vachten van dieren. Maak bijvoorbeeld samen de groeipuzzel of speel buitenkant-memory.

Kaas maken
De hele klas kan meehelpen om kleine kaasjes te maken. De leerkracht zorgt zelf voor de melk. Alle andere materialen zitten in de leskist.

Kabouterpad
De leerkracht zet buiten een route uit aan de hand van tien houten kabouters. Bij iedere kabouter krijgen de leerlingen een opdracht. Welke kleuren zien zij om zich heen? Voel eens aan de blaadjes en de bloemknoppen. Maak een boomschorstekening, een lentesprongetje en luister eens naar de vogels. Doe samen de kabouterdans, maak een kabouterslinger, zing kabouterliedjes en lees het verhaal over Rinkel die Langoor helpt.

Kinderboerderij
Deze leskist kunnen leerkrachten gebruiken bij een bezoek aan de kinderboerderij. Voorafgaand aan het bezoek vertelt de leerkracht het verhaal van meneer de Pauw. Door middel van spelletjes bestuderen de leerlingen de boerderijdieren. Spelenderwijs leren zij meer over de snuit, oren, keutels en vacht van de dieren.

Riool: ‘Over de pot en de put" (binnenkort weer beschikbaar)
Leerlingen gaan zelf met buizen een riolering maken. Wat is een riool? En waar blijft het regen- en afvalwater eigenlijk?

Seizoenen
In deze leskist zit een seizoenspel. Hier gaat de klas buiten mee aan de slag. De leerlingen werken in groepjes en gooien om de beurt met een kleurendobbelsteen. Afhankelijk van de kleur pakt het groepje een opdrachtkaart. De kaarten gaan over planten, bomen, struiken en stenen. De leerlingen gaan onder andere samen dingen zoeken, bekijken, geluiden maken en vragen beantwoorden.

Slakken
De leerlingen vangen samen slakken en verzorgen ze (tijdelijk!) in een grote ‘slakkenbak’ in de klas. Zo kunnen zij de dieren goed observeren. Wat eet een slak eigenlijk? En hoe beweegt dit dier? In deze leskist zitten opdrachten, spelletjes, liedjes en knutselideeën.

Spiegels
In kleine groepjes ontdekken de leerlingen spiegels en spiegelende voorwerpen. De leerkracht vertelt het verhaal van Hans de kraai. Waar gebruiken wij spiegels voor en wat is een spiegelbeeld? In de leskist zitten onder andere spiegelkijkers en een periscoop.

Spinnen
Spinnen bekijken wordt leuk met deze leskist! Door middel van een loeppotje kun je de spin heel goed bekijken. Bijvoorbeeld een kruisspin, waterspin of lentevuurspin.

Vlinders
Deze leskist laat leerlingen kennismaken met de vlinder. Wat gebeurt er tijdens de metamorfose van rups tot vlinder? En wat eet een vlinder eigenlijk? Bekijk opgezette dag- en nachtvlinders in de kijkdoos, knutsel je eigen eierdoosrups of speel samen vlindermemory.

Waterlab
Het waterlab bestaat uit een serie van zeven proefjes en opstellingen. Leerlingen maken zo kennis met de eigenschappen van water.

Zien
Leer meer over verschillende soorten ogen en manieren van kijken. Hoe zien wij kleuren? En waarom ziet een kattenoog er anders uit dan die van ons? In deze leskist zit onder andere een caleidoscoop, meerdere loeps en een prisma. Door middel van een voeldoos gaan leerlingen ‘kijken’ met hun handen. Ook kunnen zij bijvoorbeeld hun gaafste bril knutselen, lachen in de lachspiegel of samen ‘ik zie, ik zie, wat jij niet ziet…’ spelen.